Het conflict
Het conflict in Colombia heeft hele diepe wortels. Als sinds het einde van de negentiende eeuw is er een hevige strijd om macht en geld, dat gepaard gaat met de drugsindustrie en veel geweld.
Vanaf de tweede helft van de negentiende eeuw tot en met de eerste helft van de twintigste eeuw was er een conflict tussen de liberale en de conservatieve partij in Colombia. Ze wilden beide de macht in het land. Er werd door beiden groepen veel geweld gebruikt. In 1958 besloten beiden de macht te delen. Zo vormde zich het nationaal front. De spanning tussen de beide groepen verliet het land niet maar het geweld was gestopt.
Dit nationaal front leek een oplossing, maar nu doemde zich een ander probleem op. De andere politieke partijen werden uitgesloten. Hierdoor voelde een groot deel van de bevolking zich niet vertegenwoordigd. Deze mensen vormden guerrillagroepen. Een deel van de bevolking dat zich niet vertegenwoordigd voelde was de communistische partij. Deze streden vooral tegen de rijke landeigenaren. Deze landeigenaren vormden ook weer gewapende groeperingen om zich te verdedigen. Deze gewapende groeperingen zijn de paramilitairen.
Desondanks gingen de communisten verder. Zo ontstonden de grootste linkse groeperingen: de FARC (Fuerzas Armadas Revolucionarias de Colombia) en de ELN (Ejército de Liberación Nacional). De FARC en de ELN waren tegen:
· De vesting van multinationals
· Amerikanisering
· Privatisering van nationale hulpbronnen
· Rechts geweld
Dit nationaal front leek een oplossing, maar nu doemde zich een ander probleem op. De andere politieke partijen werden uitgesloten. Hierdoor voelde een groot deel van de bevolking zich niet vertegenwoordigd. Deze mensen vormden guerrillagroepen. Een deel van de bevolking dat zich niet vertegenwoordigd voelde was de communistische partij. Deze streden vooral tegen de rijke landeigenaren. Deze landeigenaren vormden ook weer gewapende groeperingen om zich te verdedigen. Deze gewapende groeperingen zijn de paramilitairen.
Desondanks gingen de communisten verder. Zo ontstonden de grootste linkse groeperingen: de FARC (Fuerzas Armadas Revolucionarias de Colombia) en de ELN (Ejército de Liberación Nacional). De FARC en de ELN waren tegen:
· De vesting van multinationals
· Amerikanisering
· Privatisering van nationale hulpbronnen
· Rechts geweld
Deze groepen stonden voor gelijkheid en kwamen op voor de armen. De FARC en de ELN werken in sommige gebieden van Colombia nauw samen maar in andere gebieden werken zij juist averechts. Veel mensen op het platte land zijn slachtoffer geworden van guerrillagroeperingen.
Wegens de gijzelingspraktijk en de drugshandel dachten de mensen dat de guerrillagroepen steeds meer uit waren op zelfverrijking en macht. De FARC en de ELN hebben hierdoor heel erg veel aanhangers en leden verloren.
Wegens de gijzelingspraktijk en de drugshandel dachten de mensen dat de guerrillagroepen steeds meer uit waren op zelfverrijking en macht. De FARC en de ELN hebben hierdoor heel erg veel aanhangers en leden verloren.
Deze twee grootste guerrillagroepen onderhouden zich financieel door de handel in drugs, gijzelingen, belasting van mensen in ruil voor bescherming, afpersingen, illegale mijnbouw en de handel in grondstoffen. Dit laatste geldt ook voor de onderhoud van de paramilitairen; zelfverdedigingsgroepen. De macht van de FARC neemt sinds 2009 steeds verder af vanwege de dood van hun leider en de overgave van vele leden. De nieuwe leider wilde nieuwe plannen maken met bomaanslagen en het gebruik van landmijnen, maar deze werd gedood.
De paramilitairen proberen door middel van terreur de band tussen de burgers en de guerrillagroeperingen te verbreken. Zij werken nauw samen met het leger. De paramilitairen knappen het vuile werk van het leger op en daarvoor kijkt het leger bij hun gewapende acties de andere kant op. Ook wordt de band tussen de paramilitairen en de drugsindustrie steeds hechter. Dus ook het doel van de paramilitairen veranderde langzamerhand van een strijd tegen de guerrillagroepering naar een strijd om macht. De gewapende zelfverdedigingsgroepen raakten meer en meer verwikkeld in criminele activiteiten en in de drugsindustrie.
De paramilitairen proberen door middel van terreur de band tussen de burgers en de guerrillagroeperingen te verbreken. Zij werken nauw samen met het leger. De paramilitairen knappen het vuile werk van het leger op en daarvoor kijkt het leger bij hun gewapende acties de andere kant op. Ook wordt de band tussen de paramilitairen en de drugsindustrie steeds hechter. Dus ook het doel van de paramilitairen veranderde langzamerhand van een strijd tegen de guerrillagroepering naar een strijd om macht. De gewapende zelfverdedigingsgroepen raakten meer en meer verwikkeld in criminele activiteiten en in de drugsindustrie.
Al met al draait het conflict in Colombia tussen de guerrillagroeperingen, de paramilitairen en het leger om macht en geld. En dat geld wordt opgeleverd door de drugsindustrie.